De ondraaglijke lichtheid van het bestaan Een kritische theologische reflectie op de film ‘Gravity’ (2013)
Mark Hage (2500247) 8 januari 2013
Master Evangelical and Reformation Theology Media 2 (G_Med2) Dr. J.H. Roeland en Prof. Dr. C. van der Kooi
2
Wohin bewegen wir uns? Fort von allen Sonnen? Stürzen wir nicht fortwährend? Und
rückwärts, seitwärts, vorwärts, nach allen Seiten? Giebt es noch ein Oben und ein Unten?
Irren wir nicht wie durch ein unendliches Nichts? Haucht uns nicht der leere Raum an?
Ist es nicht kälter geworden? Kommt nicht immerfort die Nacht und mehr Nacht?
~ Friedrich Nietzsche, Drittes Buch, 1251
1 F. Nietzsche, Die fröhliche Wissenschaft (Leipzig, 1887) online geraadpleegd op Nietzsche Source: http://www.nietzschesource.org/#eKGWB/FW-‐125
3
Tasten naar vaste grond
In de adembenemende en spectaculaire film ‘Gravity’ (2013) van Alfonso Cuarón wordt
de kijker (zeker in een bioscoop met IMAX 3D – wat toch wel een minimumvereiste is
voor een film als deze) meegenomen in een existentiële en spirituele achtbaan. Een
beeldschone en angstaanjagende rit die je niet onbewogen laat en misschien zelfs wel
opnieuw doet tasten naar vaste grond onder de voeten.
Tijdens één van de sleutelscènes in de film wordt de hoofdrolspeelster de vraag
gesteld: “What is the point of going on? What is the point of living?”2 En daarmee word je
ook als kijker – te midden van de oorverdovende stilte in de ruimte – (opnieuw)
stilgezet bij diezelfde eeuwenoude vraag. Waar kom jij eigenlijk elke dag je bed voor
uit? Waar leef je voor? Wat is de zin van jouw bestaan? Dit zijn (in)dringende, grootse en
omvattende vragen die we elkaar (of onszelf) als mensen door de eeuwen heen hebben
gesteld en nog steeds blijven stellen (ik moet denken aan Aurelius Augustinus, Søren
Kierkegaard, Lev Tolstoj, Victor Frankl, etc.). Konden we maar zo eenvoudig tevreden
zijn als een kat met een volle maag, die lekker gaat liggen en in slaap valt. Maar als
mensen willen we meer: we verlangen naar betekenis en zin, naar een idee om voor te
leven en sterven (Kierkegaard). Leven is voor ons meer dan overleven. Met andere
woorden: betekenis is geen extraatje, maar eerder een basisbehoefte die wellicht nog
fundamenteler is dan eten en drinken (en WIFI, zoals onlangs voor de grap onder de
piramide van Maslow werd getekend).
Voor de nomadische postmoderne mens lijkt het alsof alle vaste grond onder de
voeten is weggezakt en de vraag naar bestemming of zin niet meer (eenduidig) te
beantwoorden valt (of zelfs overbodig geworden is). De ‘grootvader’ van het
postmodernisme, de filosoof Nietzsche, heeft dit zeer treffend onder woorden gebracht
in zijn pijnlijke en tegelijkertijd triomfale aforisme over der tolle mensch. De mens is
geworden als tot een astronaut losgekoppeld van zijn ruimteschip, we zijn aan onszelf
overgelaten in een leeg heelal en er is niets wat ons leven zin geeft.3
Toch blijft de vraag – ook vanuit de film – voor velen bestaan (juist vanwege het
beklemmende en onrustige rondzweven zonder vaste grond of center of gravity): is er
misschien toch iets dat ons leven zin kan geven? Waarom zouden we er anders mee
doorgaan? Zit het simpelweg in verre vakanties en meer vrije tijd, nieuwe 2 Zie voor het (uitvoerige) script: http://www.warnerbros2013.com/pdf/gravity_20131219.pdf 3 W. Rietkerk, De kunst van het loslaten (Kampen: Kok, 2008), p. 41-‐43; G. van den Brink, Oriëntatie in de filosofie (Zoetermeer: Boekencentrum, 2002), 265
4
energiedrankjes en de hipste kleren of vinden we pas vervulling in het krijgen en
ontvangen van liefde of wanneer we genieten van schoonheid? Of willen we vrijheid
beleven, in gemeenschap staan, van betekenis zijn of onszelf kunnen ontplooien?4
In de huidige tijd zullen mensen wellicht minder snel hun antwoorden trachten te
vinden in de kerk, maar spelen bijvoorbeeld films als ‘Gravity’ (die met een recordaantal
bezoekers het gemiddelde kerkbezoek waarschijnlijk met gemak overstijgt) een
bepalende rol in het vinden van antwoorden en richting in het leven – een belangrijke en
bepalende bron in onze huidige samenleving die ons binnentrekt “into an alternative
experience of reality in which we are exposed to particular stories about basic human
issues such as sex, relationships, families, violence and death.”5 Of zoals Robert Johnston
schrijft: “…movies are part of the toolbox many people use as they respond to and give
shape to their lives.”6
In deze paper wil ik een antwoord geven op de volgende onderzoeksvraag: op
welke manier neemt de film ‘Gravity’ (2013) ons als kijker mee in antwoorden op en
aanwijzingen met betrekking tot de zin van het (menselijk) leven en hoe verhouden
deze zich tot de christelijke theologie? Allereerst zal ik (m.b.t. de onderzoeksvraag) de
film (en de antwoorden en aanwijzingen die de film geeft) zo adequaat mogelijk
proberen te beschrijven (descriptive theology), vervolgens zal ik ook vanuit de
christelijke theologie (met behulp van de ‘Christelijke Dogmatiek’) antwoord proberen
te geven op de vraag naar de zin van het leven in reactie op de film (historical theology)
en tot slot zal ik beide horizonnen kritisch met elkaar in gesprek brengen (systematic
theology), een antwoord formuleren op de onderzoeksvraag en op zoek gaan naar
eventuele nieuwe inzichten voor geloof en praktijk.7
Een emotionele en filosofische reis
Het is niet eenvoudig om een film te beschrijven die je eigenlijk zou moeten beleven,
maar we zullen aan de hand van het commentaar van de auteur en de ‘tekst’ van de film
proberen een zo goed en integer mogelijk beeld te schetsen van deze
4 R. Sonneveld, Het leven. Waar gaat het echt om? (Amsterdam: Buijten & Schipperheijn Motief, 2010), 8-‐9 5 G. Lynch, Understanding theology and popular culture (Malden, MA: Blackwell Publishing, 2005), 31 6 R. K. Johnston, Reel Spirituality. Theology and film in dialogue (Grand Rapids, MI: Baker Academic, 2004), 64 (cf. 13-‐14) 7 Lynch, Understanding theology and popular culture, 105-‐109
5
bioscoopproductie.8 Door deze twee benaderingen naast elkaar te gebruiken krijgen we
een rijker en beter geïnformeerd beeld van de film, helaas valt het niet binnen de
mogelijkheden van deze paper om ook een (etnografisch) onderzoek te doen naar de
ervaringen van kijkers.9 Uiteraard zitten er in een film vaak meerdere thema’s en – zeker
in deze film ook – meer dan genoeg sprekende metaforen en symbolen, maar ik zal mij
in mijn bespreking focussen op de aanwijzingen en antwoorden met betrekking tot de
vraag naar de zin van het leven.
De film is geregisseerd, mede-‐geproduceerd en mede-‐bewerkt door Alfonso
Cuarón (1961). Het script heeft hij samen met zijn oudste zoon, Jonás Cuarón,
geschreven. De ambitieuze en visionaire filmmaker heeft dus een flinke hand gehad in
de totstandkoming van ‘Gravity’.10 Het is in ieder geval het verlangen geweest van
Cuarón om een film te maken in het prachtige en angstaanjagende vacuüm van de
ruimte, met iemand zwevend in de leegte tussen de Aarde (waar leven is) en het
pikzwarte oneindige universum (waar geen leven mogelijk is).11 In een interview vertelt
hij het volgende:
“That was the point, for us, of the film. Adversities and the possibility of rebirth.
And rebirth also metaphorical in the sense of gaining a new knowledge of
ourselves. We have a character that is drifting metaphorical and literally, drifting
towards the void. A victim of their own inertia. Getting farther and farther away
from Earth where life and human connections are. And probably she was like that
when she was on planet Earth, before leaving for the mission. It's a character who
8 Hier is een link naar de officiële trailer om een eerste indruk te kunnen krijgen van de film: http://www.youtube.com/watch?v=OiTiKOy59o4 (Gravity Official Main Trailer [2K HD]) 9 Lynch, Understanding theology and popular culture, 112; Hoewel het niet mogelijk is om een onderzoek te doen naar de ervaringen van kijkers blijkt uit verschillende recensies en reacties op het internet wel dat men vooral onder de indruk is van de baanbrekende special effects, de realistische 3D ervaring in de ruimte en de prachtige beelden die je de film binnentrekken. Desalniettemin zijn er ook genoeg reacties te vinden van mensen die zich aangesproken voelen door de diepere lagen in de film en de vragen en ervaringen die deze bij hen hebben opgeroepen (zie bijv. film1.nl voor een overzicht van NL recensies). Het mag duidelijk zijn dat de ‘betekenis’ van deze film verschillend geïnterpreteerd kan worden afhankelijk van de eigen interesses, ervaringen en contexten van verschillende personen. Zo heeft fr. Robert Barron een heel christelijke interpretatie en wil Max Pam (Volkskrant) daar juist helemaal niks van weten. Cf. Lynch, Understanding theology and popular culture, 119, 163-‐165 10 Zie http://www.imdb.com/name/nm0190859/bio?ref_=nm_ov_bio_sm voor de biografische gegevens van Alfonso Cuarón, evenals op Wikipedia http://en.wikipedia.org/wiki/Alfonso_Cuar%C3%B3n en ook het interview op Vulture: Dan P. Lee, “The Camera’s Cusp: Alfonso Cuarón takes filmmaking to a new extreme with Gravity”, Vulture, 23 september 2013, bron: http://www.vulture.com/2013/09/director-‐alfonso-‐cuaron-‐on-‐making-‐gravity.html (geraadpleegd op: 8 januari 2013) 11 Lee, “The Camera’s Cusp”
6
lives in her own bubble. And she has to shred that skin to start learning at the
end. This is a character who we stick in the ground, again, and learns how to
walk.”12
Voor Cuarón is ‘wedergeboorte’ iets dat deel is van onze reis op Aarde en ook
deel van grote karakters in verhalen en films. Het doel is om tot nieuw begrip
(understanding) te komen over het leven en onszelf.13 De grote impuls die ons in leven
houdt is volgens Cuarón onze nurturing side (ons verlangen om te verzorgen, koesteren,
grootbrengen).14 Dit zien we ook terugkomen in de ontwikkeling van de hoofdpersoon
in de film, Dr. Ryan Stone, daar waar ze zelf een proces van ‘wedergeboorte’ en groei
doormaakt. Eerst zien we haar nog als een soort foetus in de ISS (International Space
Station) en dan in de laatste scène staat ze, volgens Cuarón, uiteindelijk herboren op als
zijnde het eindresultaat van de ‘evolution of life’:
“She's in these murky waters almost like an amniotic fluid or a primordial soup.
In which you see amphibians swimming. She crawls out of the water, not unlike
early creatures in evolution. And then she goes on all fours. And after going on all
fours she's a bit curved until she is completely erect. It was the evolution of life in
one, quick shot.”15
Als we inzoomen op de ‘tekst’ van de film zelf dan zien we inderdaad de
symboliek en metaforen waar Cuarón naar verwijst op prachtige en overweldigende
manieren terug. De donkere oneindige ruimte wordt angstaanjagend en dodelijk
weergegeven en de Aarde is altijd op de achtergrond aanwezig als een serene, prachtige
plek waar leven en schoonheid is (de rivier de Ganges die prachtig schittert door de zon,
de Aurora Borealis, de opkomst van de zon en de prachtige lucht en landschappen). Het
camerawerk is subliem en innovatief en neemt de kijker mee als zijnde een derde
persoon in de ruimte terwijl we alle kanten op schieten, in-‐ en uitzoomen, ronddraaien
en meebewegen in de actie (inclusief een shot van ruim 13 minuten in de eerste scène,
12 Meredith Woerner, “Gravity’s ending holds a deeper meaning, says Alfonso Cuaron”, io9, 8 oktober 2013, bron: http://io9.com/gravitys-‐ending-‐holds-‐a-‐deeper-‐meaning-‐says-‐alfonso-‐c-‐1442690788 (geraardpleegd op 8 januari 2013) 13 Woerner, “Gravity’s ending” 14 Woerner, “Gravity’s ending” 15 Woerner, “Gravity’s ending”
7
welke onze nietigheid in de onmetelijke kosmos versterkt). Om vervolgens weer juist
door het vizier van Dr. Stone mee te kijken en zo de beklemmende benauwdheid te
ervaren in een ruimtepak met gebrek aan zuurstof. De afwezigheid van de
zwaartekracht is duidelijk voelbaar – bijna als een extra dreigend karakter. Er is weinig
tekst en uitleg, maar vooral veel schitterende beelden en dreigende en bepalende
muziek (maar geen omgevingsgeluid), waardoor wij als kijker de ruimte krijgen om de
film vooral te beleven (voelen) en om eigen (moeilijke) ervaringen op de karakters te
kunnen projecteren (als voertuig voor onze emoties) – ofwel, we worden deelgenoten.
Het verhaal van de film is met een paar regels uit te leggen: Dr. Ryan Stone
(Sandra Bullock) is een medisch ingenieur die op haar eerste shuttlemissie gaat met de
ervaren astronaut Matt Kowalski (George Clooney), die het commando heeft over zijn
laatste vlucht voor hij met pensioen gaat. Maar een schijnbaar routine ruimtewandeling
draait uit op een ramp. De shuttle (Explorer) wordt vernietigd en het radiocontact met
de Aarde verbroken waardoor Stone en Kowalski alleen achterblijven in de stilte en het
duister van de ruimte. Ze gaan samen op zoek naar een manier om terug naar de Aarde
te komen, maar Kowalski moet onderweg zijn leven opofferen om Stone te redden. Stone
blijft helemaal alleen achter en alle hoop lijkt verloren, totdat ze een laatste poging doet
en toch nog veilig op Aarde weet terug te komen.
Hoewel het verhaal van de film flinterdun is weet de film op verschillende
momenten krachtig te communiceren en de kijker stil te zetten bij de zin van het leven
door vragen bij ons op te roepen over onze kwetsbaarheid en sterfelijkheid als mensen,
onze onbeduidendheid binnen het immense heelal, de schoonheid van de Aarde en
vragen over het belang van contact, verbinding en gemeenschap met anderen. We zullen
inzoomen op (en ons in deze paper moeten beperken tot) deze laatste en in de film
meest duidelijke en belangrijkste aanwijzing omtrent de zin van het leven, welk heel
sterk naar voren komt in de sleutelscène van de film waarin Stone vastloopt in de Soyuz
(een reddingssloep van de ISS).
In de Soyuz kan Dr. Stone geen kant meer op. De brandstof blijkt op te zijn, ze
verliest alle hoop en ze geeft zich over aan een dood in de ruimte. Sinds de dood van
haar dochtertje Sara (die op 4 jarige leeftijd tijdens een spelletje tikkertje is uitgegleden
en ongelukkig is geland met haar hoofd) heeft ze zich volledig afgesloten (gevoeld) van
anderen en van het leven en nu lijkt dit definitief het geval te worden. Hoewel er nog
even radiocontact lijkt te zijn met Houston of een ander ruimteschip, blijkt dit iemand
8
op aarde te zijn en kunnen ze elkaar niet verstaan.16 Ze mijmert dat er niemand is die zal
rouwen over haar dood en dat hoewel ze graag nog een gebed zou willen uitspreken,
niemand haar ooit heeft leren bidden.17 Zonder werkelijk contact of mogelijkheid
daartoe lijkt er geen zin meer om te leven en Stone besluit de zuurstoftoevoer in het
schip af te sluiten. Maar dan verschijnt ineens Kowalski ten tonele (als een soort deus ex
machina) en vol goede moed vertelt hij haar dat er nog wel een mogelijkheid is om weg
te komen (door de landingsraketten te gebruiken).18 Hij probeert haar ertoe te zetten
opnieuw te kiezen voor het leven, om er voor te gaan, te genieten van “a hell of a ride”
(ongeacht de afloop), naar huis te gaan en haar voeten opnieuw te wortelen in de vaste
grond (en in gemeenschap). Maar even plotseling als hij verschenen is verdwijnt hij ook
weer en Stone schrikt wakker. Het is onduidelijk of het nu een hallucinatie is geweest,
een boodschapper uit de hemel19 of een ervaring van het transcendente, maar het is
alsof ze weer iets geproefd heeft van het leven, leven na de dood misschien wel,
waardoor ze weer zin heeft gevonden in het leven. Misschien is het de combinatie
geweest van het gebrekkige contact met de man (en zijn honden en baby) die ze over de
radio hoorde (een herinnering aan het leven en contact op Aarde en haar nurturing side)
en het ‘bezoek’ van Kowalski (die haar een weg uit de eenzaamheid wijst), maar Stone is
weer vol levenslust, lijkt zelfs een soort gebed in elkaar te knutselen richting Kowalski
m.b.t. haar dochter (en sluit af met “roger that” als een soort ‘amen’) en besluit een
laatste poging te wagen – met succes. Er volgen nog een aantal flinke obstakels en
tegenslagen, maar uiteindelijk kruipt Stone langzaam als herboren het strand op van het
meer waarin ze geland is en grijpt ze het rode zand stevig in haar handen terwijl ze
opkrabbelt en zachtjes “thank you” fluistert.20
16 Uit een korte film van Jonás Cuarón blijkt dat dit Aningaaq is, een Inuit uit Groenland. Hij leeft daar als visser in een ijskoude en volledig witte en afgesloten omgeving (niet heel anders dan die van Stone) samen met zijn vrouw, baby en een groep honden. Het verschil is dat Aningaaq wel duidelijk in gemeenschap en contact staat met anderen, wat het wellicht mogelijk maakt voor hem om in zo’n barre omgeving te leven. (Alle) contact verliezen is pijnlijk en misschien zelfs dodelijk, een leven zonder lijkt zinloos.. 17 Hoewel ze geen conventionele manier van bidden heeft geleerd, lijkt haar roep om hulp over de radio (mayday) juist op een simpel maar heel krachtig gebed. En zoals Kowalski al zei we weten niet of er iemand luistert: “That’s why we keep talking. If somebody is listening, they might just save your life”. 18 Kowalski is een ware tegenpool van Stone in de film. Hij bruist van het leven, geniet van elk moment, heeft veel ervaring, humor en is altijd vol goede moed. Hij geeft zijn leven bewust op om Stone het leven te schenken, maar Stone zal eerst opnieuw moeten leren het leven te ontvangen en op waarde te schatten (de zin ervan te ontdekken). 19 Kowalski luistert de hele tijd naar een zelfde liedje van Hank Williams Jr. – “Angels are hard to find”. Op dit sleutelmoment komt hij als een geroepen engel naar Stone toe om haar (opnieuw) te helpen… 20 Naar God? Of als dankbare herinnering aan Kowalski? Ze lijkt in ieder geval in de ruimte iets geproefd te hebben van leven beyond dit leven, iets dat dit leven overstijgt.
9
Aan de hand van de bedoelingen van de auteur en de ‘tekst’ van de film kunnen
we concluderen dat deze film ons als kijker mee wil nemen op een emotionele en
filosofische reis. Uiteraard zal niet elke kijker dit zo ervaren en de film laat meer dan
genoeg ruimte voor eigen interpretatie en persoonlijke ervaringen, maar de vraag naar
de zin van het leven en het verlangen naar verbinding/gemeenschap en een vernieuwde
waardering/ontdekking hiervan als antwoord op de vraag, lijken zowel door de auteur
bedoeld, als door de film gecommuniceerd. De zin van het leven lijkt volgens de film
alles te maken te hebben met contact, verbinding en gemeenschap (“Don’t let go” luidt
de tagline van de film). Dit is niet altijd gemakkelijk: de beste (communicatie)satellieten
van de wereld kunnen in één klap vernietigd worden (waardoor half de wereld ineens
zonder Facebook zit), geliefden kunnen zomaar ineens van ons weggenomen worden en
we spreken wellicht niet eens dezelfde taal, maar het is het waard en zinvol om ervoor
te blijven kiezen en vechten en wellicht dat we erachter komen dat er zelfs meer contact
en gemeenschap mogelijk is dan we hadden kunnen bedenken… en staan we dankbaar
als herboren en met vernieuwd begrip op in een ‘nieuw leven’. Hierover valt vanuit de
christelijke theologie genoeg te zeggen en dat zullen we nu verder gaan verkennen.
Geschapen voor gemeenschap
De zingevingsvraag is het soort vraag dat de christelijke theologie, startend vanuit het
christelijk geloof in God, denkend probeert te verhelderen en wel op zo’n manier dat ze
van betekenis blijft voor die mensen van vandaag de dag die veel eerder een film zullen
kijken dan dat ze een dogmatiek, zoals bijvoorbeeld de ‘Christelijke Dogmatiek’ (vanaf
nu CD), open zullen slaan.21 Maar daar waar in de film het belang van relatie en
gemeenschap benadrukt wordt als aanwijzing en antwoord op de vraag naar de zin van
het leven, is dit juist vanuit de christelijke theologie goed te herkennen en bevestigen. Ik
zal mij daarom juist wenden tot deze heldere en moderne dogmatiek om zo goed
mogelijk een christelijk theologische reflectie te geven op de aanwijzingen die vanuit de
film naar voren zijn gekomen.
In de CD worden de vragen omtrent de mens en de vraag naar de zin van het
menselijk leven behandeld op het terrein van de theologische antropologie (wat valt er
21 G. van den Brink en C. van der Kooi, Christelijke Dogmatiek (Zoetermeer: Boekencentrum, 2012), 38-‐40; Hoewel het volgens mij heel goed zou zijn als meer mensen (en ik denk hierbij aan christelijke en niet-‐christelijke contacten in mijn directe omgeving) eens een goede dogmatiek zouden lezen, het zou volgens mij een hoop zaken omtrent het christelijk geloof verhelderen en/of op een goede manier nuanceren.
10
theologisch over de mens te zeggen?). Daar lezen we in een kort historisch overzicht dat
de schepselmatige betrokkenheid van de mens op God het belangrijkste is dat
oorspronkelijk in de christelijke geloofsbezinning over de mens gezegd kon worden.22
En hoewel dit idee in de loop van de tijd op verschillende manieren geproblematiseerd
is en gecompliceerder is geworden (denk bijv. aan de ‘wending naar het subject’ en zelfs
de ‘dood van de mens’) doen we er goed aan om dit uitgangspunt – op prachtige wijze
samengevat door Aurelius Augustinus (354-‐430) – vast te blijven houden: “Want zo hebt
u ons geschapen, gericht op u, en ons hart kent geen rust tot het rust vindt in u.”23 Als
mensen lijken we simpelweg geen genoegen mee te nemen met slechts het bestaande,
maar zoeken we naar datgene wat ons bestaan overstijgt. We nemen geen genoegen met
slechts overleven, maar we zijn op zoek naar een zin die we aan ons bestaan kunnen
geven, iets dat richting geeft en vervulling biedt. Zo komt het dat we ons (onbewust)
uitstrekken naar datgene wat ons bestaan overstijgt, naar God.24
De Bijbelse notie van de mens als ‘beeld van God’ wordt in de CD gekozen als
uitgangspunt voor de bespreking van onder andere deze menselijke zoektocht naar zin
in dit bestaan. Het is namelijk kenmerkend voor de christelijke traditie dat de mens
beschouwd wordt als schepsel: uit de aarde voortgekomen (Gen. 2:7) en op een unieke
manier geschapen naar (of in) het beeld van God.25 In de Bijbel lezen we: “En God zei:
Laten Wij mensen maken naar Ons beeld, naar Onze gelijkenis….” (Gen. 1:26, HSV) Dit
wil zeggen dat de mens op een of andere manier een weerspiegeling is van God, op Hem
lijkt en de werkelijkheid van God reflecteert.26
Maar wie is God? God is niet een soort eeuwige substantie, een vage kracht of
energie, maar wezenlijk persoonlijk en “bestaat in drie personen die hun identiteit
vinden in een eeuwige, onverbrekelijke gemeenschap met elkaar.”27 God zelf is nooit
eenzaam geweest. God is (volgens o.a. de Cappadociërs) als een perichorese, een
prachtige dynamische dans, een voortdurend elkaar wederzijds doordringen van Vader,
22 Van den Brink, Christelijke Dogmatiek, 234 23 Aurelius Augustinus, Belijdenissen [Confessiones], ingeleid, vertaald en van aantekeningen voorzien door Wim Sleddens O.S.A. (Budel: Damon, 2012), 39; cf. Van den Brink, Christelijke Dogmatiek, 234-‐237 24 Van den Brink, Christelijke Dogmatiek, 237 (naar de gedachten van Karl Rahner) 25 Van den Brink, Christelijke Dogmatiek, 241; zie in de Bijbel de volgende gedeelten: Genesis 1:26-‐27, Psalm 8, 1 Korintiërs 11:7, Efeze 4:24 en Jakobus 3:9 26 Van den Brink, Christelijke Dogmatiek, 242 27 Van den Brink, Christelijke Dogmatiek, 240
11
Zoon en Geest, maar ook een open cirkel waarin wij als mensen worden uitgenodigd om
ons “door de Zoon in de Geest te laten terugbrengen in de gemeenschap met de Vader.”28
Evenals de goddelijke personen hebben wij als mensen niet aan onszelf genoeg,
maar vinden we onze identiteit en bestemming slechts in een relationeel zijn-‐in-‐
gemeenschap met anderen.29 De mens is in een relationele visie op het imago Dei beeld
van God in de zin hij die relationaliteit, waarvoor hij door God is geschapen en waarin hij
door Hem is uitgenodigd, weerspiegelt en vormgeeft in zijn betrokkenheid op de wereld
om hem heen. Dit gaat dan om de relatie met God zelf, met andere mensen en de
schepping als geheel. Het beeld van God zijn heeft dus te maken met ons fundamentele
betrokken-‐zijn op de ander (Ander), zonder wie we niet kunnen leven.30
Dit zien we op een indringende manier weergegeven worden in de al eerder
aangehaalde sleutelscène van de film, waar Dr. Stone eenzaam, koud en hulpeloos
wegdrijft in de Suyoz het oneindige duister tegemoet. We kunnen hier christelijk
theologisch volgens de CD spreken over een toestand van vervreemding (zonde). We
zien (en proeven) de ervaring van een mens die zich verloren voelt in de onpeilbare
ruimte en ook in haar eigen leven, iemand die lijdt aan existentiële eenzaamheid en
verlorenheid en geen antwoord meer weet op de beslissende levensvraag: wat is de zin
van het leven?31 En de enige uitweg voor Stone – of ultieme expressie van deze
vervreemding – is suïcide. Ze voelt zich volledig ontrooft van al het goede (privatio boni)
en diep ellendig (ofwel, ver van huis).32
Daar waar Stone er toch voor kiest om te leven, om terug naar huis te gaan en
opnieuw gemeenschap op te zoeken, is dit een geweldige ommekeer (bekering). Haar
proces van ‘wedergeboorte’, zoals Cuarón dit duidt, zet zich voort en lijkt op Aarde zelfs
– mochten we dit niet evolutionistisch maar christelijk interpreteren – symbolisch
bevestigd te worden in een doop en de eerste stappen in ‘nieuw leven’. Hier valt vanuit
de CD (zie met name hoofdstuk 7 en 15) een hoop over te zeggen en een hoop vragen bij
te stellen (bijv. over de aard van bekering, wedergeboorte, vernieuwing en participatie
en de plek van Christus en de Geest hierin), maar daar biedt deze paper helaas geen
28 Van den Brink, Christelijke Dogmatiek, 100 (zie m.n. het Johannesevangelie voor de Bijbelse achtergrond) 29 Van den Brink, Christelijke Dogmatiek, 240 30 Van den Brink, Christelijke Dogmatiek, 244-‐245 (ik denk hierbij bijv. ook aan Martin Buber, “Al het werkelijke leven is ontmoeting”) 31 Van den Brink, Christelijke Dogmatiek, 284 32 Van den Brink, Christelijke Dogmatiek, 283
12
ruimte voor. Haar reis lijkt in ieder geval op wat met name de mystici door de eeuwen
heen hebben geduid als een geestelijke weg – met drie fasen: verlichting, zuivering en
vereniging.33
We kunnen concluderen dat als we vanuit de christelijke theologie, met behulp
van de CD, nadenken over de vraag naar de zin van het leven, deze vraag niet ontweken
wordt of als onbeantwoordbaar wordt beschouwd, maar dat we onze bestemming
vinden in gemeenschap, relatie en betrokkenheid op God, elkaar en de schepping in
relaties van liefde, trouw en zorg.34 We zijn op reis richting het drievoudige leven van
God en als imago Dei zijn we geschapen om God te weerspiegelen, verheerlijken en van
Hem te genieten die zelf gemeenschap is.35 En hoewel dit klinkt als een sluitend en
compleet antwoord, leert juist de spiritualiteit van Psalm 8 (welke mooi aansluit bij de
film) ons dat verwondering het laatste woord zou moeten hebben in onze bezinning op
het mens-‐zijn.
Als ik Uw hemel zie, het werk van Uw vingers,
de maan en de sterren, die U hun plaats gegeven hebt,
wat is dan de sterveling, dat U aan hem denkt,
en het mensenkind, dat U naar hem omziet?
Psalm 8:4-‐5 (HSV)
De grote Gids
‘Gravity’ is een prachtige filosofische en emotionele reis die ons doet tasten naar vaste
grond en die ons eraan doet herinneren dat we ten diepste als mensen geschapen zijn
voor gemeenschap. Daar waar Dr. Stone zich innerlijk al had teruggetrokken en ze
vervolgens ook letterlijk geïsoleerd raakt in de oneindige ruimte weg van de Aarde en
het menselijk contact daar, laat de film ons zien (en proeven) dat we als mensen
gemaakt zijn voor gemeenschap en dat het zinvol is om hiervoor te (blijven) knokken.
33 Van den Brink, Christelijke Dogmatiek, 584 34 Van den Brink, Christelijke Dogmatiek, 265; overigens geeft de CD terecht aan dat hiermee niet alles gezegd is, maar dit past nu niet binnen de scope van dit paper. 35 Van den Brink, Christelijke Dogmatiek, 265; cf. De Grote Catechismus (de eerste vraag): Wat is het voornaamste en hoogste doel van het leven van de mens? Het voornaamste en hoogste doel van het leven van de mens is de verheelijking van God en het zich in Hem ten volle en eeuwig verheugen (Rom. 11:36, 1 Kor. 10:31, Ps. 73:24-‐28, Joh. 17:21-‐23), G. van Rongen (vert.), De Westminster Confessie. Met de Grote en de Kleine Catechismus (Barneveld: de Vuurbaak, 1986); zie ook M. Higton, Christian Doctrine, London: SCM Press, 2008), die de zingeving aan het bestaan (sense-‐making) als uitgangspunt neemt in zijn dogmatiek en het antwoord vindt in het participeren in het drievoudige leven van God (m.n. het eerste deel).
13
Dit wordt duidelijk bevestigd en is zeer herkenbaar in de christelijke theologie, zoals we
deze hebben bestudeerd aan de hand van de ‘Christelijke Dogmatiek’. Ook hier zien we
nadrukkelijk dat we als mensen gemaakt zijn voor gemeenschap en dat dit ook zin
verleent aan ons bestaan.
De film en de christelijke theologie komen dus zeer overeen in hun antwoord op
de vraag naar de zin van het leven. Maar daar waar de film hier het contact en de relatie
tussen mensen onderling op het oog heeft, gaat de christelijke theologie een stap verder.
We zijn niet enkel gemaakt om in relatie te staan met elkaar, maar om juist ook in relatie
te staan met onze God, die ons zo geschapen heeft: gericht op Hem. Hier wordt in de film
niet expliciet op gewezen. Het goddelijke of religieuze is echter wel impliciet (bijna als
iets exotisch) aanwezig in: de heilige rivier de Ganges die ver weg schittert in de zon, een
Oosters-‐Orthodox icoon van St. Christoffel in de Suyoz en het Boeddha beeldje in de
Shenzhou (het Chinese schip). De laatste twee worden slechts kort getoond, maar verder
niet uitgelegd of benoemd. Het ‘gebed’ van Stone lijkt het transcendente, een wereld die
de onze overstijgt (waar Kowalski en haar dochtertje zijn), of het hiernamaals te
veronderstellen, maar dit is zeker niet geheel evident. Er wordt juist voortdurend in het
luchtledige gesproken (bijvoorbeeld richting Houston), misschien wel simpelweg om de
eenzaamheid te verdrijven. Ook kunnen we niet met zekerheid zeggen of het ‘thank you’
van Stone, als ze eenmaal veilig op het strand ligt, gericht is aan God.
Desondanks biedt de film wel degelijk genoeg ruimte om aan het denken gezet te
worden over God en/of het transcendente en zet de film ons in ieder geval (en zeker ook
mij persoonlijk) op een heel krachtige, mooie en indringende manier stil bij de vraag
naar de zin van het menselijk leven en de waarde en het belang van gemeenschap als
antwoord daarop. Ze bevat in ieder geval verschillende esthetische aspecten waar we
vanuit de christelijke theologie van harte mee in kunnen stemmen.36
En daar waar wellicht het belang en de noodzaak van gemeenschap met God niet
expliciet in de film naar voren komt, zien we wel bij Stone de behoefte naar gebed
voorbij komen (ondanks haar onkunde en onwetendheid) en is bij mij het verlangen
gegroeid om mensen te helpen om God te leren kennen en in gebed en gemeenschap met
Hem te leven. En Kowalski die in de film als een soort gids is die: rust brengt, met humor
relativeert, een weg vooruit wijst, hoopvol blijft en zichzelf volledig geeft ten behoeve
van Stone, heeft me opnieuw bewust gemaakt van het belang van gidsen. Om de zin van
36 Lynch, Understanding theology and popular culture, 190-‐191
14
het leven te ontrafelen en er mee uit de voeten te kunnen hebben we allemaal een gids
nodig, we zien dit in de film, maar ook in de theologie en de praktijk van het
geloofsleven.37 We hebben gidsen, mentoren, een ‘Christelijke Dogmatiek’, voorbeelden
en heiligen nodig om onszelf te blijven herinneren aan de zin van het leven als de koude
donkere leegte ons in het gezicht ademt en alle zin verdwenen lijkt. Ook ik wil mijzelf als
gids blijven geven aan de geloofsgemeenschap die ik mag dienen in Amsterdam. Zodat
we niet zullen ronddolen als nomaden, maar als pelgrims op weg blijven richting God,
achter dé eikoon van God aan, dé grote Gids – Jezus Christus.
U houdt mij vast en geeft me moed
Om door te gaan als ik niet durf
Ik wil van U zijn
U geeft me kracht en bent de vaste grond
Waarop ik stevig sta
Ik wil van U zijn, voor altijd van U zijn
~Vaste Grond38
37 R. Osmer, Practical Theology. An Introduction (Grand Rapids, MI: Wm. B. Eerdmans Publishing, 2008), 18-‐29, 82; het volgende youtube fragment: http://www.youtube.com/watch?v=aiBt44rrslw laat zien hoe herkenbaar de film ook is in het dagelijks leven, bijv. tijdens het winkelen in IKEA. 38 Een Soul Survivor nummer geschreven door Timon Borgdorff, Michiel van Heusden en Antonie Fountain.
15
Om verder te lezen
S. J. Grenz, Created for Community. Connecting Christian Belief with Christian Living.
Grand Rapids, MI: Baker Academic, 2006, second edition.
H. Nouwen, Open uw hart. De weg naar onszelf, de andere en God. Vertaald door Margreet
Stelling. Tielt: Lannoo, 2006. Origineel gepubliceerd als Reaching Out. New York:
Doubleday, 1986.
W. Pannenberg, Wat is de mens? De moderne antropologie in het licht van de theologie.
Vertaald door Dr. F. van der Heijden. Baarn: Ten Have, 1980. Origineel
gepubliceerd als Was ist der Mensch? Göttingen: Vandenhoeck & Ruprecht, 1976.
Kevin J. Vanhoozer, “Human being, individual and social”, in: Colin E. Gunton (red.), The
Cambridge Companion to Christian Doctrine (Cambridge: Cambridge University
Press, 1997), 158-‐188.
H. Veldhuis, Onrustig is ons hart… Mens-‐zijn in christelijke perspectief. Zoetermeer:
Boekencentrum, 1994.
16
Bibliografie
Augustinus, A. Belijdenissen [Confessiones]. Ingeleid, vertaald en van aantekeningen
voorzien door Wim Sleddens O.S.A. Budel: Damon, 2012, derde druk.
Brink, G. van den. Oriëntatie in de filosofie. Zoetermeer: Boekencentrum, 2002, tweede
druk.
_______ en C. van der Kooi. Christelijke Dogmatiek. Zoetermeer: Boekencentrum, 2012.
Johnston, R. K. Reel Spirituality. Theology and film in dialogue. Grand Rapids, MI: Baker
Academic, 2004, vijfde druk.
Lee, D.P. (2013), “The Camera’s Cusp: Alfonso Cuarón takes filmmaking to a new
extreme with Gravity”, http://www.vulture.com/2013/09/director-‐alfonso-‐
cuaron-‐on-‐making-‐gravity.html (geraadpleegd op: 8 januari 2013).
Lynch, G. Understanding theology and popular culture. Malden, MA: Blackwell Publishing,
2005.
Osmer, R. Practical Theology. An Introduction. Grand Rapids, MI: Wm. B. Eerdmans
Publishin, 2008.
Rietkerk, W. De kunst van het loslaten. Kampen: Uitgeverij Kok, 2008, vijfde druk.
Sonneveld, R. Het leven. Waar gaat het echt om? Amsterdam: Buijten & Schipperheijn
Motief, 2010.
Woerner, M. (2013), “Gravity’s ending holds a deeper meaning, says Alfonso Cuaron”,
http://io9.com/gravitys-‐ending-‐holds-‐a-‐deeper-‐meaning-‐says-‐alfonso-‐c-‐
1442690788 (geraadpleegd op: 8 januari 2013).
Top Related