Durgerdam (:) IJdoorn . In memoriam Jan ter Laak (1950~2006)

12
v. 2.2 Durgerdam (:) IJdoorn In memoriam Jan ter Laak (1950 ~ 2006) © 2009 (2015) 1 by ARV Tegelaar, Oegstgeest Naar de opvatting van Hendrick Soeteboom (1616∼ca.1678) is er pas sprake van een woonplaats Durgerdam 1422, in welk jaar een oorkonde werd uitgegeven waarin aan de inwoners van Yoort de vrijheid werd gelaten de doorgebroken dijk niet te herstellen, indien zij daar niet toe in staat waren. Het is mede aan andere Waterlanders te danken, dat die dijk er toch is gekomen. 2 Soeteboom geeft daarom aan dit brok geschiedenis de titel mee : <◄ Van 't Yoort, nu Doornickerdam ►>. Om het preciezer te formuleren, de voorganger van Durgerdam lag op een andere plaats en heette Ydoren. Lezen we de oorkonde van 1422 er op na, 3 dan blijkt dat de aanleiding voor deze permissie tot dijkherstel (en primaire regeling ervan) klaarblijkelijk een dijk-doorbraak is geweest, <◄ want de goede luyden van Ydoren in Waterlandt seer beschadigt, en belast geworden zyn van den water by inbreucke hares dycx [.] ►> Over de omvang van de ramp wordt niet in-concreto gerept. (- Men gaat ervan uit dat het gaat om de gevolgen van de St. Elizabethsvloed van 19 nov. 1421. –) Er staat bovendien niet, dat dit consent gegeven was aan de "Durgerdammers". Aangezien dam in principe betrekking heeft op een kunstmatig bouwwerk, kan de naam Durgerdam niet een oorspronkelijke plaatsnaam (voor bewoning) zijn geweest. Niettemin kan het zijn, dat Durgerdam al vòòr 1422 bestond , maar dan zal het als onderdeel van Ydoren aangemerkt zijn. Toch :/: als men naar het huidige kaartbeeld kijkt met daarop de omgeving van Durgerdam , kan men zich goed voorstellen, dat vòòr de dijk van Durgerdam een flink stuk land ooit is weggeslagen en door de zee is verzwolgen. Een aanwijzing daarvoor is ook, dat Durgerdam geen oude (middel-eeuwse) kerk bezit, terwijl de omschrijving de goede luyden van Ydoren in Waterlandt suggereert, dat er toen (anno 1422) een gemeenschap bestond rondom een kerk. Het opgeven van het gebruik van de naam IJdoren wijst er bovendien op, dat de plaats als zodanig niet meer bestond. Aan die betreffende kerk wordt mogelijk gerefereerd in een lijst met percelen in de buitenpolder IJdoorn waarin de zinsnede voorkomt: <◄ landen gelegen in die polder omslach hebbende op die kercwech. ►> . 4 Van de plaats Ydoren weten we nagenoeg niets. Zij komt gewoon-weg niet in de bronnen voor. Slechts èèn vermelding van vòòr 1422 heb ik kunnen vinden. Daarbij gaat het om <◄ een deymte lants, ghelegen tot Ydoern ende gheheten is Scillelant ►> 1399 (1401∼1402 ) . [ https://books.google.nl/books?id=VV0K_HY-yO4C&pg=PA142 ] Overigens suggereert de benaming voor de Waterlandse bedijking, dat zij al vroeg als een dijk-ring zal zijn aangelegd. In de <◄ Onderrechtinge, hoe ende in wat manieren de Regeeringe van den Waeterlantsch dijck van outs beleijt is geweest, jegenwoirdigh beleijt worden e<nde> wort toecoomende begeert beleijt te worden. ►> (uit 1645) valt te lezen -en waarbij aan een oude regel wordt gememoreerd- : 1Revisie (herziene versie) : © 2015 by ARV Tegelaar . 2(- Zie voor Soeteboom's tekst, appendix 1. -) 3- Zie voor gehele tekst, appendix 2. 4GA Amsterdam, archief nr. 723, nr. 118; apud Jurjen Bos [1988], p.98.

Transcript of Durgerdam (:) IJdoorn . In memoriam Jan ter Laak (1950~2006)

v. 2.2

Durgerdam (:) IJdoornIn memoriam Jan ter Laak (1950 ~ 2006)

© 2009 (2015)1 by ARV Tegelaar, Oegstgeest

Naar de opvatting van Hendrick Soeteboom (1616∼ca.1678) is er pas sprake van een woonplaats Durgerdam nà 1422, in welk jaar een oorkonde werd uitgegeven waarin aan de inwoners van Yoort de vrijheid werd gelaten de doorgebroken dijk niet te herstellen, indien zij daar niet toe in staat waren. Het is mede aan andere Waterlanders te danken, dat die dijk er toch is gekomen.2 Soeteboom geeft daarom aan dit brok geschiedenis de titel mee : <◄ Van 't Yoort, nu Doornickerdam ►>. Om het preciezer te formuleren, de voorganger van Durgerdam lag op een andere plaats en heette Ydoren.

Lezen we de oorkonde van 1422 er op na, 3 dan blijkt dat de aanleiding voor deze permissie tot dijkherstel (en primaire regeling ervan) klaarblijkelijk een dijk-doorbraak is geweest, <◄ want de goede luyden van Ydoren in Waterlandt seer beschadigt, en belast geworden zyn van den water by inbreucke hares dycx [.] ►> Over de omvang van de ramp wordt niet in-concreto gerept. (- Men gaat ervan uit dat het gaat om de gevolgen van de St. Elizabethsvloed van 19 nov. 1421. –)

Er staat bovendien niet, dat dit consent gegeven was aan de "Durgerdammers". Aangezien dam in principe betrekking heeft op een kunstmatig bouwwerk, kan de naam Durgerdam niet een oorspronkelijke plaatsnaam (voor bewoning) zijn geweest. Niettemin kan het zijn, dat Durgerdam al vòòr 1422 bestond , maar dan zal het als onderdeel van Ydoren aangemerkt zijn. Toch :/: als men naar het huidige kaartbeeld kijkt met daarop de omgeving van Durgerdam , kan men zich goed voorstellen, dat vòòr de dijk van Durgerdam een flink stuk land ooit is weggeslagen en door de zee is verzwolgen. Een aanwijzing daarvooris ook, dat Durgerdam geen oude (middel-eeuwse) kerk bezit, terwijl de omschrijving de goede luyden van Ydoren in Waterlandt suggereert, dat er toen (anno 1422) een gemeenschap bestond rondom een kerk. Het opgeven van het gebruik van de naam IJdoren wijst er bovendien op, dat de plaats als zodanig niet meer bestond. Aan die betreffende kerk wordt mogelijk gerefereerd in een lijst met percelen in de buitenpolder IJdoorn waarin de zinsnede voorkomt: <◄ landen gelegen in die polder omslach hebbende op die kercwech. ►> .4

Van de plaats Ydoren weten we nagenoeg niets. Zij komt gewoon-weg niet in de bronnen voor. Slechts èèn vermelding van vòòr 1422 heb ik kunnen vinden. Daarbij gaat het om <◄ een deymte lants, ghelegen tot Ydoern ende gheheten is Scillelant ►> 1399 (1401∼1402 ) .

[ → https://books.google.nl/books?id=VV0K_HY-yO4C&pg=PA142 ]Overigens suggereert de benaming voor de Waterlandse bedijking, dat zij al vroeg als

een dijk-ring zal zijn aangelegd. In de <◄ Onderrechtinge, hoe ende in wat manieren de Regeeringe van den Waeterlantsch dijck van outs beleijt is geweest, jegenwoirdigh beleijt worden e<nde> wort toecoomende begeert beleijt te worden. ►> (uit 1645) valt te lezen -en waarbij aan een oude regel wordt gememoreerd- :

1Revisie (herziene versie) : © 2015 by ARV Tegelaar .2(- Zie voor Soeteboom's tekst, appendix 1. -)3- Zie voor gehele tekst, appendix 2. 4GA Amsterdam, archief nr. 723, nr. 118; apud Jurjen Bos [1988], p.98.

<◄ De waeterlantse dijck ofte seeburgh is van alle oude tyden aff, altois gemaect ende gerepareert bij de particuliere gehoeffslaegde. ►>

Het heeft slechts zin van een seeburgh te spreken, als de omringdijk van Waterland èèn geheel gevormd zal hebben.

De dam van Durgerdam

De dam die gelegd is – “de Durgerdam” – , is dus feitelijk (◄ de dam [= waterwerende dijk ] van de bewoners van Ydor(en) ►). Dam moet hier dus in de eerste plaats begrepen worden als dijk (!), zoals heden ten dage nog Damm [m.] in het duits een dijk aanduidt.

De uitwisselbaarheid van de termen dijk en dam in vroeger tijden is zichtbaar in een tekst, waarin de oorsprong van Damme (boven Brugge; oftewel Hontsdam) verteld wordt:<◄ (...) hemlieden zulck een voorspoedich werck causeerde, dat zy daer eer yet lanck eenen, vromen vasten dijck ofte dam ghecreghen, die zy Hontsdam noemden, (...) ►>.5

Het gaat dus niet specifiek om de "dam" die over de Durgerdammer Die is aangelegd, maar om de dijk die de bewoners moest beschermen tegen het Zuiderzee-water (- waarbij de Durgerdammer Die -als het ware- ervan buitengesloten werd en in de bedijking meegenomen werd; met een sluis als "tussenschot" -).

Een voorloper van deze [< Durgerdam >] (-id est: van vòòr 1422 -) wordt genoemd in een overzicht van betalingen over het jaar 1373 aan de graaf van Holland van <◄ (...) zeker renten In Hollant (...) om<m>trent zinte Andries daghe Int Jaer lxxiij ►>.6 Daarin vinden we vermeld (op f.1ro.): <◄ It<em> van den veer tot ydoerningherdamme ►> (: xv schellingen).7 Een ander origineel uit 1375 noemt dat veer: <◄ It<em> vanden veer tot ydorningherdam ►> (f.5ro.).8

YdorenDe naam Ydoren leeft nog voort in IJdoorn , een natuur-gebied even buiten Durgerdam. Die schrijfwijze (- IJdoorn -) verdoezelt de betekenis van de naam, die eigenlijk Ydoren luidde blijkens de charter van 1422.

In wezen is het Jan ter Laak die die betekenis voor Durgerdam heeft opgevist. Hij zag in, dat Ydoren een geografise referentie impliceerde vanwege de <ABL.plur.>-uitgang -en: (◄

(zij die) aan de Ydor (wonen) ►). En dat niet alleen; hij doorzag, dat Ydor ( [≈] ongeveer uit te spreken als: ie-door) in feite een waternaam is: Y-dor, waarmee het IJ-estuarium (- tussenDurgerdam en Amsterdam -) bedoeld werd .

Dit estuarium wordt door Lucas Jansz. Wagenaer (van Enkhuizen) in zijn • Spiegel der Zeevaerdt (Leiden ; 1586) aangeduid als Tije oort [:]

[ → http://bdh-rd.bne.es/viewer.vm?id=0000001679 ] – 27 (pdf-pagina-nr.)

5Despars, Nic. ♦ Cron. van den lande ende Graefscepe van Vlaenderen.Editie J. De Jonghe, deel I, p.356 357. (2e uitg.); apud: Teirlinck, Is. De toponymie van den Reinaert. ∼ ♦[Gent: W. Siffer. 1910-1912], p.36 37.∼6Rekening van Floris van der Boechurst van het Rentmeesterschap en van het Baljuwschap van den lande van Amstel en van Waterland.7Nat.Archief Den Haag: 31.01.01. -1299.8Nat.Archief Den Haag: 31.01.01. -1679.

// terwijl het in de lopende tekst als Tyoort wordt genoemd (uitgave : Amsterdam . 1596 ) [:]

<◄ Men seylet van Amsterdam nae Tyoort midtswaters / maer om van Tyoort over Pamppoes te seylen hout Marckerkerck buyten aen't landt van Vdam / ghenoemt Schyteldoeckshaven / soo langhe tot dat dien toren van Zuyder-wou comt voorby Kinninger buert huysen / de welcke staen halfweghen Schyteldoecks haven en<de> Durgerdam / dan gaet landelijck oost / tot dat die nieuwe kercke comt ontrent Durgerdam / ende hout die soo staende / tot dat die kerck van Wesip is verby dat huijs te Muyen / soo dat die kercke te Wesip/ Muyden naeder staet dan 'thuys / houdt Wesip alsoo staende tot dat Edammer kercke comt buyten marcken / in dese vaerwech hebt ghy het diepste water . ►>

[ → http://objects.library.uu.nl/reader/index.php?obj=1874-284749&lan=nl#page//11/78/56/117856965758091811136072475989788953388.jpg/mode/1up ]

(pdf-pagina-nr.) – 74 Op Jacob van Deventer's kaart «Hollandiae antiquorvm Catthorvm nova descriptio» -)9 is de naam verhaspeld tot DE OIRT .

Maar het belangrijkste was: Jan ter Laak kon bovendien op een parallel geval wijzen (en dus “naam-genoten” zijn) : de Eider (in Sleeswijk-Holstein).10 Deze naam is een stuk beter in oude teksten overgeleverd dan de *Y-dor .

Zo wordt de Eider ondermeer genoemd in de Chronica Sclavorum (auteur: Adam vanBremen). Daarin wordt gezegd, dat Egdoram fluvium ( = Eider) als grens wordt aangemerkttussen het rijk van de "Deen" Hennig (- ook vaak Hemming genoemd -) en het Karolingische Rijk van Lodewijk de Vrome.

9Het gebruikte letter-type op de kaart van Van Deventer geeft aan, dat het hier een water-naam betreft.10Voor het belang van parallelle namen, kan men raadplegen: Tegelaar [1995].

Deze naam wordt geanalyzeerd als bestaande uit twee delen *egi en dor. De betekenis van het laatste is tamelijk eenvoudig: wij kennen het als deur ; maar over het eerste deel zijn de meningen verdeeld.11 Die onenigheid is eigenlijk overbodig, want het gaat in principe om hetzelfde : de zee (en al het water dat zij incorporeert) die angst inboezemt.

Dat in *egi (◄ water ►) schuilt , is te doorzien als men een connexie legt met Egmond (◄ de (werkelijke) monding van het (/ de) IJ (oftewel: Eg) ►). IJ wordt standaard als variantvoor aa, ee, &c. (◄ water ►) uitgelegd. De "oud-noorse" naam voor de Eider (- Ægisdyrr, midden 12-de eeuw) -) laat de band met got. agis (◄ vrees ►) duidelijker uitkomen.

M. Schönfeld merkt op, dat Fifeldore -in Sleeswijk-Holstein- (genoemd in Widsith, v.43) <◄ klaarblijkelijk een andere naam voor de Eider ►> is. Dat woord fifel had in het "angel-saksisch" de betekenis van (◄ monster ►) en als naam-deel treffen we het aan in fifel-strēam,-wæg (◄ oceaan ►), fifel-mægen (◄ magic power ►). Zijn conclusie: <◄ Fifeldor heet dus het water, waar het uitvloeit in een grote, angstaanjagende zeeboezem, en Egidora (bij got. agis `vrees') is dus een synoniem ervan. ►> (Schönfeld [1955], p.261)

Die angst spreekt ook uit de naam Helsdeur, deel van het zeegat tussen Texel en Den Helder; en het zou me niets verbazen als in (de naam) Den Helder, die angst nog voortklinkt.

Gebruikte tekens<◄ ….. ►> : letterlijke aanhalingen uit historische teksten(◄ … ►) : betekenis van een bepaald woord

Index Nominorum :Durgerdam - Eg - Egmond - Eider - Fifeldor - (Den) Helder - Helsdeur - (Het) IJ - IJdoorn - *Ydor - Ydoren - Yoort .

11Vide: G. Kvaran Yngvason [1981], p.15 17.∼

Literatuur.

Bos, JM (Jurjen) ♦ Landinrichting en archeologie: het bodemarchief van Waterland. (Ned. Arch. Rapporten; nr.6).1988. /. Amersfoort: ROB /.

Gawronski, J (Jerzy) ♣ De voorloper van Durgerdam . Archeologisch wadlopen in de IJdoornpolder .

http://www.onsamsterdam.nl/component/content/article/15-dossiers/1034-de-voorloper-van-durgerdam

= (met plaatsjes) [:]www.amsterdam.nl/publish/pages/610047/tx_ijd_10.pdf ( * 12 )

2001 .

Kvaran Yngvason, G (Guðrún) ♦ Untersuchungen zu den Gewässernamen in Jütland und Schleswig-Holstein. diss. Göttingen, 1980. 1981. /. Göttingen /.

Reedijk, Dick ♦ Durgerdam. `Daar ginds om den IJdoorn daar wacht ons de reê'. 2004. /. Amsterdam: Stichting Historisch Centrum Amsterdam-Noord /.

Rentenaar, R (Rob) ♣ Dam en dijk in nederzettingsnamen . // in :♦ Datum et actum . Opstellen aangeboden aan Jaap Kruisheer .(Publicaties van het Meertens Instituut ; deel 29)bz. 357-376 ;

1998. /. Amsterdam : Meertens Instituut ; KNAW /.

Schönfeld, M (Moritz) ♦ Nederlandse Waternamen.1955. /. Amsterdam /.

Tegelaar, ARV (Arthur) ♦ Laryngaaltheorie versus oudeuropese hydronymie. Is er verband tussen de riviernamen Ammer, Ammersån, Hamer, Humber, Sambre, Šembera, Imbros, Ombrone ?1995. /. Oegstgeest: JARKAND /.Bestel-adres: sveltezza.dingenio @ gmail.com

12De formulering in de intro van dit artikel : « Maar archeologisch onderzoek toont aan dat er al eerder niet ver daarvandaan een nederzetting lag : in de buitendijkse Ijdoornpolder » toont weinig respect voor de feiten . De nederzetting IJdoorn is niet terug-gevonden en het zijn in de eerste plaats historise bronnen die ons er op attent maken dat er een nederzetting nabij Durgerdam gelegen moet hebben (en niet noodzakelijkin de IJdoorn-polder) , ongeacht of men enige bewonings-sporen heeft aangetroffen . Het zit zelfs in de naam besloten [:] Ydor(n)inger-dam (!) . Het is bij-voorbaat niet uitgesloten , dat IJ-doren geheel-en-al doorde zee is opgeslokt . Dat lijkt mij zelfs plausibel , als je kijkt naar het verloop van de Durgerdammer-dijk [:]een rechte strekking bij Durgerdam zelf , die laat vermoeden dat de dijk hier inwaarts is gericht .Verder-op in het artikel blijkt dat de auteur eerder denkt aan een “andere” voor-ganger van Durgerdam [:] « Deze vindplaats (scil.: een terpophoging in de zuidpunt van de polder) biedt het eerste archeologische bewijsvoor het bestaan van de nederzetting Ydoorningerdam buiten de huidige zeedijk , vanaf het einde van de 12de eeuw tot de Sint Elisabethsvloed in 1421 . » Maar historische bronnen duiden Y-oort (IJdoorn) aan alsvoorloper van Durgerdam (Soeteboom [1702] ) . Strikt genomen wijst die terp-ophoging op bewoning , welke mogelijk samen-hangt met een nederzetting . Voor het overige is het artikel van Gawronski (2001) zeer lezens-waardig .

Historische bronnen (vrij domein).

Mieris, Frans van Groot Charterboek der Graaven van Holland, van Zeeland en Heeren van ♦Vriesland. (...). Deel IV. (p.631∼632)1761. /. Leyden: Pieter vander Eyk /.

Soeteboom, Hendrik ♦ Oud-heden van Zaan-land, Stavoren, Vronen en Waterland. deel 2: ♦ De zoet stemmende Zwaane van Waterland. (p.94∼97)1702. /. Amsterdam: Wilhem Linnig van Koppenol [,] op de Vygendam, in de Gulde Roos /. [ → https://books.google.nl/books?id=uP1WAAAAcAAJ&pg=PA94 ]

Archief-bronnen .GA Amsterdam, archief nr. 723, nr. 118 (d.d. 5-8-1550) ;

apud Jurjen Bos [1988], p.98 .Nat.Archief Den Haag: 31.01.01. (archief-blok: Graven van Holland)

- inv.nr. 1299- inv.nr. 1679

Rijks-archief Haarlem: ingang nr. 176, inv.nr. 1453 (1645)

Appendix 1.

Bron:Soeteboom, Hendrik ♦ Oud-heden van Zaan-land, Stavoren, Vronen en Waterland. deel 2: ♦ De zoet stemmende Zwaane van Waterland. [Amsterdam: Wilhem Linnig van Koppenol [,] op de Vygendam, in de Gulde Roos. 1702] .

(p.94∼97)<◂ Van 't Yoort, nu Doornickerdam >▸[treffens de oorkonde van 1422]/p.96:/<◂ Siet hoe hier by Graaffelyke woorden uyt gedruckt wordt, dat die van Yoort, indiense de macht niet en hadden den Dyk te maken, datse dan de vryheyd hadden om te laten leggen [= liggen] : en sulx soude warelyk geschied hebben, ten zy die van Waterland, ofte by namen die van Schellingwoude en Ransdorp, hun daar inne waren te bate gekomen, en sloegen eenen Dam over het Water, dat uyt 'et Ye daar door liep tot in Waterland, waar door de plaatse die te voren Y-oort, Ydooren, Yddoorntje placht te heten, van de gemeene Lieden ge- /p.97:/ -noemt wierd' Yoortdam, Ydoorendam, en nu ter tyd Ydoorenicker, ofte Doernicker, ofte om delichtheid DURKERDAM, een Dorp tegenwoordig een van de beste van gantsch Waterlandt, (...) >▸

¶ Uit de titel <◂ Van 't Yoort, nu Doornickerdam > kan men opmaken , dat Soeteboom de ▸plaats Durgerdam (Doornickerdam) als een soort "rechts-opvolger" opvatte van de plaats IJdoren (Y-oort) .

Appendix 2.

Bron:Mieris, Frans van Groot Charterboek der Graaven van Holland, van Zeeland en Heeren van ♦Vriesland. (...). Dl. IV. [Leyden: Pieter vander Eyk. 1761] . (p.631∼632) .

/p.631:/ Den 4. May 1422<◂ Johan, by der genaden Godts Palensgrave opten Rhyn, Hertoghe van Beyeren, soon van Henegouwen, van Hollandt, van Zeelandt, enz. doen condt allen luyden, want de goede luyden van Ydoren in Waterlandt seer beschadigt, en belast geworden zyn van den water by inbreucke hares dycx, daer sy verderffelyck om staen te blyven, ten zy dat wy henlieden daer in te bate kome met onser Heerlyckheyt, soo hebben wy aangesien haer gebreck, en kennelycke verderffenisse, en hebben henlieden daerom gegond, en gegeven, gonnen, en geven mits dese /p.632:/ onsen brieve, op datse te bad by een in den lande blyven sullen, sulke vryheden van dyckrechten, als hierna beschreven staen.In den eersten sullen sy kiesen by den meesten gevolge van haren luyden vier (1) [< Vyve Heemraden >] Hemraden, die nuttelyck, en oorbarelyck daer toe zyn, en binnen hare dyckagiegelandt, die keuren op den dyck leggen sullen tot des gemeene lands oirbaer op sulcke ban, ende boete, als de Zeeburg in Waterlandt heeft, die van eenen yegelycken gehouden sullen worden, en so wat sy keuren sullen, dat sal de schout van Ransdorp mette voorschreve Hemraders schouwen, en de boeten in panden metten rechten van den genen, die se verbeu-ren sal, tot onser behoef.Item, soo wie kost, ofte ongeld, hoe dat ’et genoemt mach werden, de voorssz. Hemraders setten sullen, en eendrachtelyck ordineren omme des gemeene landts oorbaer, sal de Schout mette Hemraders voorsz. Uytpanden van den genen, die geland zyn binnen de dyckagie voorsz. Wie oock van henlieden ongehoorsaem daer in viele, sal tegens ons verbeuren twee pond alsoo dick, en menigwerven, als hy dat dede.Voort soo hebben wy den goede luyden voorsz. Geconsenteert hare aerde te halen, als ’t gewoonelyck is geweest, tot hare dyckkagie, behoudelyck dat syse betalen sullen den gene, die syse ofslaen, by den meesten gevolge van hare Hemraden : ende de Hemraden sullen alle jarenop St. Pieters dag ad Cathedram haer keuren leggen op den dyck, en die keuren, en doen verkeuren tot des lands oirbaer, als ’t nutte is, en sullen vry nieuwe Hemraden kiesen op den dag voorsz. Of binnen acht dagen daer na onbegrepen.Waer oock saecke, dat de goede luyden voorsz. Op desen tyd, ofte hierna haren dyck niet maecken, noch houden en mochten, dat God verhoeden moet, soo mogense den selven dyck laten leggen sonder verbeurenis, ofte misdoen tegen ons, ofte onsen nakomelingen.Ende om dat wy den voorsz. Goede luyden, ende hare nakomelingen alle dese voorsz. Puncten onverbroken gehouden willen hebben van ons, ende onse nakomelingen, soo hebben wy in kennisse hier van desen brief doen bezegelen met onsen zegele, hier aengehangen, die gedaen was in den Hage, vier dagen in Mayo anno M. CCCC. XXII.

MS. Privilegien van Waterland. Gecollationeerd met het perkamente Register Hertog Jan van Beyere, en Vrouw Jacoba, enz. pag. 28. >▸

Appendix 3. Damme = Hontsdam(me)

Bron:Despars, Nic. Cron. van den lande ende Graefscepe van Vlaenderen.♦Editie J. De Jonghe, deel I, p.356∼357. (2e uitg.); apud:Teirlinck, Is. De toponymie van den Reinaert. [Gent: W. Siffer. 1910-1912], p.36∼37.♦

Weinigen tijd na den krijgstocht van Dirk van den Elzas tegen den Graaf van Holland Floris III werd Brugge door eene vreeselijke overstrooming der zee bedreigd. Bij het sluiten van den vrede in 1180, na den slag van Armestein, beloofde voornoemde Floris aan Graaf Philips van den Elzas <◂ duyzent dijcmeesters te Vlaenderen waert te zendene, omme die zee wat de [recte: te] bedwingene, die te veel steden groote schaden dede, principalick by der middele van eender schaepsquelle, die haer zo leelick opende ter plaetse daer nu die stede van Dammestaet, dat menze in gheender maniere ghestoppen en conste, wat mer toedede, ten groote verdriete van die van Brugghe, die ter cause van dien rondsomme [= ronds-om] in watere stonden; maer van dat die voornoemde dijcmeesters ghearriveirt waren, zo smeten zy daer eerst ende alvoren eenen rooden hont inne met een partie van den eilande daer omtrent, daer hy zes daghen lanck zeer deerlick up hadde ligghen jalpen ende hulen; twelcke hemlieden zulck een voorspoedich werck causeerde, dat zy daer eer yet lanck eenen, vromen vasten dijckofte dam ghecreghen, die zy Hontsdam noemden, omme die cause ende redene voorscreven. Als die grave van Vlaenderen zach dat zy hem zo wel ant dijcken verstonden, zo schanck hy een ijgelick van haerlieden al tlandt, dat zy tusschen Hontsdam, Lamminsvliet (nu Sluys ghenaemt) ende Ardenburch ghedijcken consten. Zo dat zy ter cause van dien, te Hontsdam beghonsten huysen, logijste ende herberghen te makene, omme te naerdere haerlieden werck te zijne, ontbiedende daer haerlieden wijfs ende kijnderen, ende quytende hem zelven zo eerlick ende vromelick int ghuene dat zy voren hadden, dat zy die zee twee mijlen voordere besloten dan zy ooyt daer te voren gheweest hadde, thaerlieder eeuwigher welvaert, want zy by dien al rijcke lieden bedeghen, bedrivende daer elc zijn vry eyghen landt, zonder contredictie van iemende, ende een ijghelich track insgelijcx ooc zijnen vrient ende maecht derrewaert omme dieswille dat daer alle etelicke, drinckelicke ende slitelicke ware veel beter coop was dan elders. Aldus beghonste Hontsdam (dat wy nu Damme heeten) daghelicx lancx zo meer up te commene, te prospererene ende ghepeupleert te wordene ooc met eeneghe smalle cooplieden, ende allerande schamele lieden van neeringhe, welcke daer van ghelijcken ooc lancx zo meer haerlieden vertreck ende blivende woonstede beghonsten te nemene, om tprofijts wille dater te doene was. Twelcke merckende ende considererende die prince van den lande, maecteder zonder langher dilay een stede van wetten of, ghevende hemlieden vryheit van thol al Vlaenderen duere, met noch eeneghe andere goede ordonnantien, statuten ende previlegien, concernerende ende aenghaende haerlieder justicie ende policie. Hy verleende hemlieden ooc een wapene, conforme die eerste oorspronck van der plaetse, te wetene, een velt van kelen met eenen hondt van den zelven in een zelvere bare, ende gheduerende tzelve jaer, zo wiert dear noch boven al dies voorzeit es, noch onzer Liever Vrauwe kercke beghonnen te fonderen. Die eerste die daer tregement van der stede hadden, waren Jan, Pieter ende Pauwels Diedolf, behoudende noch haerlieden toename naer tvoornoemde delven, daer by dat zy eerst up commen waren; van dezen gheslachte hebben wy in onzen tijden noch eenen Marck Diedolf ghekent, twelcke alzo vele te zegghene es als die eerstdolf. >▸

Appendix 4. De betekenis van dam(me)

Uit het voorgaande (appendix 3) blijkt , dat dam(me) òòk in de betekenis van (◄ een (vaste) (water-kerende) dijk ►) voorkwam [:] <◄ eenen, vromen vasten dijck ofte dam ghecreghen , die zy Hontsdam noemden , ... ►>

Het is goed om er op te wijzen, dat het WNT (Woordenboek der Nederlandsche Taal) bij het lemma (tref-woord) dam hier mis-kleunt [:] (◄ Eene in of door (niet langs) een water gelegde waterkeering. ►>

[ → http://gtb.inl.nl/iWDB/search?actie=article&wdb=WNT&id=M013133 ]

De normerende werking van dit woordenboek zal er toe bijgedragen hebben , dat men die andere betekenis “vergat” ; nl. dat het woord dam ook als synoniem voor (◄ dijk ►) gebruikt kon worden (- dus langs het water / de rivier -) . En het is de meer (logisch– ) oorspronkelijke betekenis .

Als men in een plaats-naam dat element -dam tegen-komt , zal men dus per (specifiek) geval moeten beoordelen in welke betekenis dat woord (voor die naam) gebruikt werd [:] òf het slaat op een (◄ (uitwaterings-)sluis ►) òf een (◄ dijk (met water-kerendefunctie) ►) ; voor andere (aanverwante) betekenissen , zie : Rentenaar (1998) .

De fout in het WNT wordt ernstiger als zij wordt overgenomen in andere woorden-boeken , zoals in het Oudnederlands woordenboek (- de term “oud-nederlands” is ook geheel mis-plaatst , maar dat ter-zijde -) [:] (◄ dam , waterkering in of door het water ►) [ → http://gtb.inl.nl/iWDB/search?actie=article&wdb=ONW&id=ID1818 ]

Maar de meer algemene betekenis verschijnt wel in het VMNW (vroeg-middel-nederlands woordenboek) [:] (◄ dam (!) , dijk , wal ►) [ → http://gtb.inl.nl/iWDB/search?actie=article&wdb=VMNW&id=ID71582 ]

En uitgebreider in Verwijs-Verdam (1889 ; II, kol. 47) (MNW = Middelnederlandsch woordenboek) [:] (◄ dam (!) , dijk , schans, wal , waterkeering, verhoogd voetpad langs het water; vandaar ook pad, weg. ►) [ → http://gtb.inl.nl/iWDB/search?actie=article&wdb=MNW&id=06104 ]

Kies maar uit .

Dat men ter-dege rekening moet houden met die betekenis (◄ dijk (met water-kerende functie) ►) moge blijken uit het artikel van Rentenaar (1998) ♣ Dam en dijk in nederzettings-namen (bz. 358) [:]« Zo werd bij voorbeeld de IJdijk ten westen van Amsterdam in de 14de eeuw als den damme aangeduid . (…) . De Nieuwendam te Hoorn werd omschreven als , 1356 , kopie ca. 1600 , een lang dycxken dat genoemt wordt die Nyeuwendam beginnend vanden grote dijck een lange wech tot die mont vande zee ; vgl. verder , 1320 , kopie 1324 , Scaghersdam , die men hiet Vriesen diic . »

Appendix 4. Item van den stale te Yorde

Het blijft verwarrend , dat de “plaats IJdoren” ook onder de naam “IJ-oort” bekend stond . Soeteboom (1702) hanteert in ieder geval Yoort als naam . Dit was ook de naam voor het estuarium , blijkens onder-andere Lucas Jansz. Wagenaer (1596) [:] Tyoort ; met een T- vanhet (onzijdige) lid-woord (he)t . ¿ Van-waar dat grote verschil in benaming tussen Ydoren (1422) en Yoort (1596) ? Een mogelijke verklaring is , dat Yoort vooral de gebruikelijke benaming was die bij zee-lieden en de “locals” (plaatslijke bevolking) gebruikelijk was ; terwijl Ydoren misschien de meer officiële “administratieve” naam was die bij het hof van de graven van Holland in zwang was .

Er is een vermelding uit 1317 die op “Yoort” betrokken wordt 13. Zij komt voor in een rekening opgemaakt door Enghebrecht ten behoeve van de graaf van Holland (zie HG Hamaker (red.) I (1875 : 73) .

Onder de rubriek <◄ Item tafterstal in Waterland . ►> staat vermeld [:] <◄ Item van den stale te Yorde ►> gevolgd door het bij-behorende bedrag van 10 sc. (schellingen) .

Het zou misschien raadzaam zijn om de transcriptie zoals deze gedrukt is bij HG Hamaker • De rekeningen der Grafelijkheid van Holland en Zeeland onder het Henegouwsche Huis , deel I(1875) , voor de zekerheid te controleren // maar dit doet niet af aan de zekerheid , dat hier op Yoort gedoeld wordt .Maar [:] ¿ wat wordt er dan onder van den stale bedoeld ? ¿ Wat zijn dat voor inkomsten ?

Zulks wordt duidelijk , als men er andere rekeningen erbij betrekt , zoals die bij-voorbeeld staan opgetekend in het rent-boek van Putten ten westen van de Maas (1391) .[ → http://resources.huygens.knaw.nl/retroboeken/putten/#view=imagePane ] – 278

Daarin staat te lezen [:] <◄ Item alle die stalen van Put beyde vloetstalen ende ebstalen aen 4 scepen verhuert van jaersdaghe anno 91gen 3 jaer lanc : ►> , gevolgd door nadere aantekening aan wie de 4 schepen toebehoorden .

Het is dus onmiskenbaar , dat met stalen (◄ (aanleg-)steigers ; meer-palen ►) worden bedoeld ; het zijn mits-dien plaatsen waar men kon aanmeren . En dat betekent , dat Y-oord / Ydoren dicht bij het water lag ; misschien zelfs een haven(-plaats) was .

Aangezien het bij de post van den stale te Yorde om achter-stallige inkomsten voor de graaf ging (– tafterstal in Waterland –) (- ¿ zijn ze ooit geïnd ? -) // mogen we aannemen , datYoord / Ydoren toen-al op zijn retour was .

13 Bijvoorbeeld Rentenaar (1998 : 374) .

Na-schrift .Naar ik vermoed is de geschiedenis van (het verdronken “dorp”) Ydoren òòk onverbrekelijk verbonden met die van Amsterdam // want oorsprokelijk was Amsterdam slechts een “vissers-plaats”, waar handel-over-de-wilde-zee een onbekend fenomeen was .Het is opvallend , dat de geschiedenis van Ydoorn (- of beter : IJ-doren -) pas in de picture (het vizier) komt , als haar laatste uren zijn geslagen (!) (- appendix 2 -) .

En Amsterdam ? .De voor-gaande tekst over Durgerdam (:) IJdoorn maakt begrijpelijk , waarom ik “de dam” vanAmster-dam anders opvat dan menig-ander (- en slaat dus , mijns inziens , niet op “De Dam”-) . 14 [:] het plein voor het (oorspronkelijke) stad-huis heette dan-ook die Plaetse (*)15 (- Amsterdam als (◄ dam in de Amstel ►) is waarschijnlijk een latere her-interpretatie van de naam , die misschien al heel vroeg/snel was “ingeburgerd” geraakt , omdat er inderdaad een dam(-sluis) werd aangelegd -) . De “Amster-dam” is niet een dam zoals wij tegen-woordig een dam opvatten , te-weten een (◄ uitwaterings-sluis ►) met dito constructie, // maar een (◄ dijk ►) (!) , net-zoals dit het geval is bij Durger-dam en Damme (Honts-dam).

Hiermee in overeenstemming is , dat geen van de èchte dammen die “bij de Dam” hebben gelegen , “Amsterdam” (- of Amsteller dam -) heeft geheten // maar anders [:] Middel-dam of-tewel Vyge-dam . Er is dus helemaal geen Amsterdam (!) (- in de zin van dam = (◄

uitwaterings-sluis ►) -) // maar wel een Vyge-dam .Deze mening ware slechts te herzien , als werkelijk aangetoond kan worden , dat deze Vyge-dam of Middel-dam vòòr het deze naam kreeg // “Am(e)steller dam” of iets dergelijks heeftgeheten . Daar is weinig kans op // want in de oudst-bekende bron waarin over de plaats met haar bewoners wordt gesproken , staat [:] amestelledamme (- homines manentes apud amestelledamme ; privilege van tol-vrijdom ; 1275 -) .

14 Ook het onderscheid tussen de twee samen-stellende delen van het middel-eeuwse Amsterdam wijzen daarop : Nieuwezijds en Oudezijds . Deze benamingen suggereren , dat Amsterdam oorspronkelijk uit een ouwere (oudere) en een nieuwere bewonings-deel bestond , waarbij de ene (Nieuwezijds) als een soort “eerste uitleg” beschouwd mag worden van de oudere nederzetting (Oudezijds) . Het bindende element – “de Dam” – zal daarbij een cruciale functie hebben vervuld . Geen eenheid zonder verbinding.

15 [ → http://www.theobakker.net/pdf/dam.pdf ] .